Clichés over bleekscheten in Burkina FasoOuahigouya, zondag 25 maart 2007
Gelukkig houdt het witte gezichtje stand in de hittegolf, dankzij zijn terreinwagens met airconditioning en zijn privé-zwembaden. Want hij is (nog een cliché) rijk. In de ogen van de gemiddelde Burkinees is de blanke een "expat", versta "betaald op afstand", versta "betaald in euro's of in dollars". Zijn salaris is in het algemeen erg genereus, en het spel van de wisselkoersen doet het nog meer lijken. Geen gevoelens van jaloezie, want de blanke is ook behoorlijk naïef. Hij leeft meestal in een ivoren toren en zijn kolossale koopkracht is het plezier van verkopers op straat. Op de informele marktjes zijn er "blanke prijzen" en "lokale prijzen". Wie zou er geloven dat er arme Europeanen bestaan die op straat leven ? De blanke mag er dan wel van houden uren in het water te vertoeven, de toubab ("blanke" in een heleboel andere West-Afrikaanse talen, waaronder fulfunde en dioula) heeft de reputatie er een twijfelachtige hygiëne op na te houden. De blanke wordt er eveneens van beschuldigd porno, pedofilie en homoseksualiteit mee te brengen. Vooral die laatste praktijk weet het zwarte continent nog niet te appreciëren. Ze is hier en daar het voorwerp van verklikking en bestraffing. Wie zou er verbaasd zijn van dergelijke "onwaardige" gedragingen als algemeen geweten is dat het Westen elk gevoel van waarden verloren heeft? Waarden die Afrika nog steeds zijn charme geven: de grote families, de verering van de ouderen, de hartelijke ontvangst. Is dat de prijs van een hoog IQ? Want (zoveelste cliché), de blanke is competent. Alles tezamen zijn de vooroordelen van het Zuiden even hardnekkig als die van het Noorden. Als racisme eruit bestaat je gedrag aan te passen aan de huidskleur van je gesprekspartner, dan is Burkina Faso zeker racistisch. Maar het gaat vaak om een erg vriendelijk racisme, een soort natuurlijke positieve discriminatie. Als een Burkinees kind een blanke bemerkt en hard "Nassaara" begint te roepen, is dat geen reden om je beledigd te voelen. De speelfilm "Moi et mon blanc" van de Burkinese cineast Pierre Yaméogo laat de dubbelzinnige verhoudingen zien tussen een jonge Burkinabees juist terug in Ouagadougou, en een verrukte Fransman die hij mee genomen heeft. Als de blanke opduikt, is het onthaal zo mogelijk nog uitbundiger dan gewoonlijk. Naar Ernest Diasso, Journal du jeudi |